‘Wereldwijd worden dagelijks miljarden barcodes gescand’

Content

""

Van alle standaarden spreekt de streepjescode toch wel het meest tot de verbeelding. Veertig jaar jong, is hij. En hij blijft zich ontwikkelen. De internationale organisatie GS1 (Global Standard One) is ‘eigenaar’ van deze code. Innovatiemanager Frits van den Bos legt uit waarom juist deze code zo’n succesvolle standaard is geworden.

Universal Product Code

Het was Albert Heijn in eigen persoon die in de jaren zeventig de in Amerika ontwikkelde streepjescode naar Nederland haalde. “Deze streepjescode, ook wel barcode genoemd, was ontwikkeld als een universele productcode voor de Amerikaanse levensmiddelenhandel: de Universal Product Code,” vertelt Frits van den Bos. Hij is innovatie-manager bij GS1 Nederland, deel van de internationale organisatie GS1 (Global Standard One), die zich richt op de ontwikkeling en invoering van standaarden. “Heijn was destijds bezig met uitbreiding van zijn concern en zag direct de mogelijkheden van deze standaard. Tot die tijd schreeuwden de caissières de prijzen van artikelen naar elkaar. De streepjescode maakte het mogelijk om een prijs aan een product te koppelen, zodat communiceren erover niet langer nodig was. Deze standaard was aanvankelijk dan ook alleen bedoeld om bij de kassa sneller af te kunnen rekenen.”

Bedrijven doen mee

“Op 26 juni 1974 wordt in het Amerikaanse Ohio het allereerste product gescand: een pakje Wrigley’s Juicy Fruit kauwgom, vandaag de dag te bezichtigen in het Smithsonian Museum in Washington,” vertelt Van den Bos. “Twee jaar later, in 1976, introduceerde Heijn de streepjescode in Nederland. Heijn zag kans om andere kruideniersbedrijven en fabrikanten in Nederland warm te krijgen voor de nieuwe code en richtte de stichting ter bevordering van Uniforme Artikel Codering, UAC, op. Douwe Egberts was de eerste die zich aanmeldde en al snel volgden er meer.

Daarnaast wist Heijn ook elf andere Europese landen te interesseren voor de nieuwe standaard en werd in 1977 EAN, European Article Numbering, opgericht. Sinds 2005 is dat GS1 geworden, actief in inmiddels 150 landen. Wereldwijd zijn er 1,5 miljoen bedrijven aangesloten bij GS1. In Nederland zijn dat er bijna 20 duizend. De twaalf cijfers van de Amerikaanse code bleken overigens niet genoeg voor Europa, daarom kregen wij een dertiencijferige code. Die geldt nu wereldwijd, ook in Noord-Amerika.”

Vroeger schreeuwden caissières de prijzen van artikelen naar elkaar

Voordelen

Nu, ruim veertig jaar later, is de streepjescode niet meer weg te denken uit de levensmiddelenindustrie en vormt deze het paradepaardje van GS1. Van den Bos: “Deze standaard heeft de tand des tijds meer dan doorstaan. Dagelijks worden wereldwijd maar liefst vijf tot acht miljard barcodes gescand. Bovendien heeft de code zich in de loop der jaren sterk ontwikkeld.

Het is nu nauwelijks nog voor te stellen dat de streepjescode er aanvankelijk alleen was om de caissières te voorzien van de juiste prijs, met op het kassabonnetje de productomschrijving. Begrijp me niet verkeerd, dat was al een enorme vooruitgang. Hadden winkeliers van voor de oorlog zo’n duizend artikelen in de schappen liggen, inmiddels heeft een grote supermarkt meer dan 30 duizend artikelen in huis. Die kunnen onmogelijk handmatig worden verwerkt.

Maar naast de prijs is aan de code nu ook informatie gekoppeld op het gebied van voorraadbeheer, houdbaarheidsdata, enzovoorts. In feite kan het hele traject nu elektronisch plaatsvinden middels deze streepjescode; van het bestellen van het product tot en met het afleveren en het betalen van de factuur. Levensmiddelen-organisaties houden hun schappen gevuld via het scannen van de artikelen en bestellingen kunnen direct aan toeleveranciers worden doorgegeven, zodat alles weer op tijd in de winkels ligt.”

""

Apps voor consumenten

Aan de barcode is inmiddels een belangrijke functionaliteit toegevoegd die consumenten helpt om een gezonde(re) keuze te maken. Het Voedingscentrum heeft namens het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) een app ontwikkeld. De consument kan hiermee de code scannen en zo informatie over het product ophalen. De app toont onder meer de voedingswaarde, ingrediënten en allergenen van het gescande product.

Volgens Europese wetgeving moeten sinds eind 2014 gegevens die verplicht op de verpakking staan, ook online via de webshop beschikbaar zijn. Van den Bos: “Er is een groeiende behoefte aan steeds meer informatie over producten. Denk bijvoorbeeld aan het traceerbaar maken. Daardoor ‘hangen’ nu ongeveer 400 velden achter zo’n streepjescode. Die velden staan in de GS1-datapool en zijn allemaal gestandaardiseerd: elk veld is bestemd voor een brokje informatie, zoals artikelcode, etiketinformatie, afmetingen van de verpakking, enzovoorts.”

Draagvlak belangrijk

Het succes van de streepjescode is deels te verklaren door zijn eenvoud en deels ook door gelukkige toevalligheden, zo vertelt Van den Bos: “Bij een standaard is het altijd de kunst om draagvlak te creëren. Dat draagvlak ontstaat soms door onverwachte meevallers. De aanpassing van de etiketteringswetgeving begin jaren tachtig speelde ons bijvoorbeeld enorm in de kaart. De etiketten moesten toch overhoop worden gehaald. Dan kon die barcode er ook nog wel bij.”

Verder is het volgens Van den Bos cruciaal dat een code simpel is, technisch voor 100 procent betrouwbaar, en begrijpelijk voor die partijen die ermee moeten werken en erover moeten beslissen. “De streepjescode voldeed aan deze voorwaarden. Hierdoor zag Albert Heijn direct de mogelijkheden ervan. Het is ook uniek dat het in dit geval de bestuurder van een grote retail organisatie was die het voortouw nam. Hij was wat dat betreft een echte visionair die geïnteresseerd was in dit soort nieuwe oplossingen. ”Het zijn toonaangevende bedrijven – zowel retailers en groothandels als leveranciers – die een belangrijke rol bij GS1 vervullen.

Een uniek platform waar de Albert Heijns en de Jumbo’s, en ook de Pepsico’s en Coca-Cola’s, gezamenlijk spreken over ontwikkelingen en invoering van standaarden voor de hele sector. Samen met hen werkt GS1 aan een efficiënte en betrouwbare keten. Het gaat om supermarkten en drogisterijen, bouwmarkten en kledingwinkels, hun leveranciers en logistiek dienstverleners. Van den Bos: “Belangrijk is dat het topmanagement betrokken is bij de totstandkoming van standaarden. Ook internationaal houden we als GS1 goed de vinger aan de pols. In die club zitten captains of industry uit de hele wereld. Die moeten er immers bij aanwezig zijn om afspraken te kunnen maken en draagvlak te creëren.”

Voor duurzame transparante ketens moet er één bron voor alle informatie zijn. Dat kan alleen met standaardisatie.

Kostenbesparingen

In gesprek gaan met concurrenten over het optimaliseren van ketenprocessen kan gevoelige situaties opleveren. Van den Bos: “Dat is soms erg lastig. Maar partijen realiseren zich tegelijkertijd dat het maken van afspraken over standaarden voor iedereen kostenbesparingen oplevert. Die motivatie maakt dat barrières geslecht kunnen worden en draagvlak kan worden gecreëerd. Dat is cruciaal voor het welslagen van een standaard. Dat is ook het eerste dat we in kaart brengen bij de ontwikkeling van een nieuwe standaard. Zodra partijen de businesscase voor ogen hebben en zien wat een standaard hen kan opleveren, kan het snel gaan.

Zo wilden bouwmarkten van hun leveranciers volledige productinformatie om de oriënterende online consument te helpen bij de aankoopbeslissing. Daarvoor moesten extra e-commercevelden, zoals accuduur en snoerlengte, worden gedefinieerd. Een groep retailers en leveranciers sloeg de handen ineen om dit proces – de keuze van de velden en de wijze van standaardiseren – goed in te richten. Een heel andere uitdaging lag er in de gezondheidszorg. Van den Bos: “Voor zorgpartijen was het invoeren van het uniforme streepjescodesysteem op medische hulpmiddelen en geneesmiddelen een uitdaging. Een businesscase toonde aan dat maar liefst de helft van alle medicatiefouten kan worden voorkomen met een uniforme code. De overheid pakte met de sector deze handschoen op. De zorgpartijen zijn nu volop aan de slag. Afspraken en wetgeving vanuit de overheid helpen daarbij.”

Consument voorop

De ontwikkeling van standaarden zal de komende jaren alleen maar sneller gaan, zo voorspelt Van den Bos. “Standaarden vormen meer en meer een basis voor innovatie. Naarmate de technologische mogelijkheden voortschrijden, neemt ook de behoefte aan standaardisering verder toe.

In de Japanse metro staan plaatjes van producten op de muren. Die kun je met je mobiele telefoon bestellen om ze vervolgens thuis te laten bezorgen. Het is een combinatie van informatie en gemak die we steeds vaker zullen zien en die alleen een vlucht kan nemen wanneer partijen uniforme codes afspreken met elkaar. Consumenten willen wel, zo merken we keer op keer. Sterker nog: was het Albert Heijn in de jaren zeventig, nu zijn het de consumenten die op de troepen vooruit lopen.”

Standaardwerken: het belang van verbinden

Dit is één van de praktijkvoorbeelden uit magazine 'Standaardwerken: het belang van verbinden'. Wilt u een gedrukte versie ontvangen? Neem contact met ons op.

Bekijk meer praktijkvoorbeelden op:

 

Documentatie-type

Gerelateerde standaard(en)