Verslag gesprekken voorzieningen Monitor 2020

Content

Vergadering: Forum Standaardisatie 10 maart 2021

Agendapunt: 4B

Documentnummer: FS20210310-4B4

Download hier de PDF versie van dit vergaderstuk. Wij kunnen de digitale toegankelijkheid van het PDF bestand niet garanderen.

Inleiding

In de jaarlijks terugkerende monitor open standaarden onderzoeken wij voor een aantal voorzieningen in welke mate zij voldoen aan de open standaarden van de ‘pas toe of leg uit-lijst’ van het Forum Standaardisatie. Dit jaar heeft het Forum gevraagd met een aantal partijen het gesprek aan te gaan over zaken die opvallen bij de Monitor. Doel is het identificeren van specifieke voorbeelden van waar het lastig blijkt te voldoen aan de lijst met standaarden of waar het lastig is antwoorden te achterhalen voor de beantwoording van de monitor.

In overleg met het Bureau Forum Standaardisatie is gekozen om met de volgende partijen een gesprek te voeren:

  • DigiD over hun succes bij het implementeren van de voor hen relevante standaarden.
  • Afsprakenstelsel elektronische toegangsdiensten over de verdeling van verantwoordelijkheden bij het implementeren van standaarden.
  • rdw.nl over achterblijvende implementatie van enkele standaarden.
  • Diginetwerk over de reikwijdte van de voorziening.
  • PDOK over het eerste jaar dat zij zijn onderzocht in de monitor open standaarden.
  • DigiInkoop over rollen en verantwoordelijkheden bij de implementatie van standaarden.

Hieronder geven we een kort overzicht van de bevindingen uit de verschillende gesprekken.

DigiD in beheer bij Logius

Datum: 14 september 2020

Interview met: Evert Jan van der Marck

Aanleiding van het gesprek was een rijker beeld te krijgen bij de implementatie van open standaarden bij overheidsvoorzieningen. DigiD voldoet volledig aan de voor hen relevante open standaarden, blijkt uit de Monitor van 2020. De doelstelling voor dit gesprek was daarom ook om te achterhalen wat dit succes verklaart.

Logius heeft ervoor gekozen om de portefeuille van security-specialisten te verrijken met het onderwerp compliance, en van daaruit wordt Van der Marck ieder jaar aangekeken als het aankomt op de Monitor Open Standaarden. Hij snapt dat ook wel, want het merendeel van de relevante standaarden voor DigiD betreft informatiebeveiligingsstandaarden op het web- of emaildomein. Op basis van de functionele omschrijving van de standaarden van Forum Standaardisatie is het echter soms lastig op te maken wat organisaties er daadwerkelijk mee moeten.

Het relatieve succes van DigiD wat betreft de implementatie van open standaarden verklaart Van der Marck aan de hand van twee factoren. In de eerste plaats is DigiD heel bewust van de publieke exposure van de voorziening. De mate waarin de voorziening voldoet aan de standaarden kan door iedereen worden gecheckt via bijvoorbeeld internet.nl en/of SSL-labs, en daarom is het heel belangrijk dat de standaarden op een goede en volledige manier worden geïmplementeerd. Ten tweede is er binnen Van der Marcks team veel technische expertise aanwezig over de standaarden. Deze dragen ze actief over op de beheerpartijen van de voorziening totdat alles volledig voldoet.

De open standaarden van de ‘pas toe of leg uit lijst’ van BFS staan bij de meeste collega’s van Van der Marck scherp op het netvlies en worden meegenomen in het ontwerpproces. De aandacht voor de open standaarden vertaalt zich ook in het regelmatig checken of er geen onregelmatigheden in de doorvoering ontstaan. Zulke checks worden maandelijks uitgevoerd door Ketenbeheer bij Logius. Eventuele incidenten worden opgepakt door het DigiD team. Grotere afwijkingen of afwijkingen die niet snel opgepakt worden komen op de incidentlijst. De aanwezige aandacht voor de standaarden betekent echter niet dat er intern ook overeenstemming is over de vraag of DigiD aan een bepaalde standaard helemaal voldoet:

  • Als voorbeeld daarvan noemt hij SAML. SAML is eigenlijk een framework dat bij DigiD breder wordt gebruikt dan het beschreven functionele toepassingsgebied door BFS. Moet dan voor alles aan de SAML standaard voldaan worden of alleen voor het onderdeel dat beschreven wordt in het functionele toepassingsgebied?
  • Iets vergelijkbaars geldt voor enkele web- en emailstandaarden. Daarvan is de vraag: moet DigiD voor alle koppelvlakken aan de standaard voldoen, ook op besloten netwerken? Een eenduidig antwoord is niet zomaar gegeven.
  • Ook zijn er soms vragen over de versies van standaarden en over de implementatie ervan. Zo is DigiD al bezig met de volgende SAML standaard. Wijk je dan straks af of wordt de lijst tijdig geüpdate?

Aanbevelingen

De belangrijkste aanbevelingen uit dit gesprek zijn:

  • Er wordt opgemerkt dat niet iedereen op de hoogte is van de actuele pas toe of leg uit lijst, omdat deze simpelweg niet frequent wordt geraadpleegd. Dit kan een risico betekenen voor nieuwe en bestaande ontwerptrajecten, zeker als er nieuwe standaarden op de lijst zijn verschenen. Als voorbeeld noemt Van der Marck de doorontwikkeling van de DigiD-app. BFS zou een faciliterende rol richting voorzieningen kunnen spelen door actief te communiceren over het actualiseren of verschijnen van bestaande en nieuwe standaarden.
  • Opgemerkt wordt dat er meer kruisbestuiving tussen de voorzieningen en BFS kan plaatsvinden als de specialistische kennis van beheerders (over bijvoorbeeld SAML) actief zou worden gedeeld met het expertgroepje van BFS. Ondanks dat hier formeel een proces voor is ingericht, wordt deze in de praktijk onvoldoende benut en is het bij Evert-Jan ook niet bekend.
  • Tot slot geeft Van der Mark mee dat er wat hem betreft best wat stringenter mag worden gestuurd op de adoptie van open standaarden. De jaarlijkse Monitor Open Standaarden is daarbinnen een belangrijk middel, maar het mag wel wat meer door BFS worden benadrukt en uitgedragen. Dit zou bijvoorbeeld kunnen met behulp van het inrichten van een dashboard of online portal.

Afsprakenstelsel elektronische toegangsdiensten in beheer bij Logius

Datum: 17 september 2020

Interview met: Maarten van Bree

Aanleiding voor het gesprek was de bijzondere rol die het afsprakenstelsel eTD speelt bij het gebruik van standaarden door de deelnemers. Maarten is ketenbeheerder bij Logius en verbonden aan het programma eTD. In die rol monitort hij het stelsel, verzamelt, controleert en publiceert hij informatie over het functioneren van de verschillende rollen en deelnemers aan het stelsel.

Het stelsel is ISO2700x gecertificeerd en daaronder valt ook een documentatieplicht. Om daar invulling aan te geven houdt men in Confluence bij hoe het gaat met het gebruik van standaarden. Daarbij worden streefdata voor implementatie gehanteerd en wordt de monitor gemonitord. De informatie voor de vulling van het dashboard komt van verschillende partijen, tooling, maar ook uit pen-testen.

Belangrijkste reden om dit actief bij te houden is toenemende vraag van partijen naar het gebruik van de standaarden. De monitor open standaarden heeft wat dat betreft een aanjagende rol gehad. Daarnaast geeft Maarten aan dat hij vindt dat dit werk bij het professioneel beheren van een voorziening hoort. Er zou een inherente drive moeten zijn om dit op orde te willen hebben. Daarvoor ben je wel afhankelijk van kennis bij je medewerkers. Momenteel wordt deze systematiek alleen voor het stelsel gehanteerd. Er zijn gespreken geweest (onder meer met het Centrum voor Standaarden van Logius) om dit Logius-breed in te voeren, maar het bleek te complex om daar in de hele organisatie de handen voor op elkaar te krijgen. De CISO van Logius speelt momenteel nog geen actieve rol bij de monitoring van de standaarden.

Aanbevelingen

De belangrijkste aanbevelingen uit dit gesprek zijn:

De jaarlijkse monitor van het Forum wordt als een belangrijk instrument gezien. Ten eerste is het een goede trigger om te kijken of het stelsel nog de juiste standaarden van de lijst in het vizier heeft. Zo leidt de lijst tot een herijking van het dashboard. Tegelijkertijd kan het proces rond de monitor nog versterkt worden:

  • De monitor toetst slechts een beperkt deel van de voorziening, zo worden bijvoorbeeld niet alle subdomeinen getest. De vraag is hoe je hier een balans kunt vinden tussen een breed beeld en een proces dat nog te behappen is.
  • De doorlooptijd van de monitor is lang. Dat is jammer. Je zou eigenlijk een live dashboard willen hebben. Er zijn dingen die je geautomatiseerd kunt controleren en in een dashboard schieten. Maar dat kan maar voor een deel van de standaarden.

Daarnaast wordt nog gesproken over de volgende aandachtspunten:

  • Concrete voorbeelden van hoe standaarden geïmplementeerd moeten worden en hoe je kunt aantonen dat je compliant bent, zouden een waardevolle aanvulling kunnen zijn op de huidige informatie vanuit het Forum.
  • Het blijft voor een programma als eTD lastig dat ze afhankelijk zijn van leveranciers. Voor sommige standaarden hebben ze mensen binnen andere onderdelen van Logius en van SSC-ICT nodig. Daarop sturen is heel ingewikkeld, vaak is het al erg lastig om aanspreekpunten te vinden.

RDW.nl in beheer bij RDW

Datum: 17 september 2020

Interview met: Gert Stel en Hubert Walter

Zowel Gert als Walter zijn al een paar jaar betrokken bij de beantwoording van de vragen in het kader van de monitor open standaarden vanuit de RDW. De RDW heeft geen groots uitgewerkt proces voor de adoptie van standaarden. Architecten zijn sterk bepalend bij het bepalen of de RDW een standaard wil adopteren De stand van zaken ten aanzien van de standaarden van het Forum wordt bijgehouden in een spreadsheet. Bij grote verandertrajecten kijken de architecten altijd naar de lijsten met standaarden, net zoals naar overige eisen (zo zijn internationale standaarden van groot belang voor de RDW) gekeken wordt. Daarbij wordt altijd een afweging gemaakt op basis van nut en noodzaak van standaarden. Op basis van die afweging wordt een plan voor adoptie gemaakt en bepaald welke systemen aangepast worden. Die afweging verschilt per standaard en per onderdeel van de RDW infrastructuur. Zo worden IB standaarden snel en breed ingevoerd, maar wordt bijvoorbeeld voor een implementatie van de CMIS standaard gewacht tot een project voor RDW-breed gebruik van het DMS is aangeschaft. Ander voorbeeld: IPv6 wordt door de RDW als niet strikt noodzakelijk gezien en mede gelet op de beperkte middelen wordt daar daarom voorlopig nog weinig actie ondernomen.

De RDW heeft weinig problemen bij het maken van de afwegingen, en bij de adoptie van standaarden. Een van de redenen hiervoor is dat de RDW veel technische expertise in huis heeft. De RDW beschikt over een eigen ICT bedrijf en besteed slechts beperkt uit aan andere partijen. De adoptie-uitdagingen zitten dan ook meer in de standaarden en het toetsen van de compliance eraan. Een voorbeeld is het gebruik van STARTTLS. De leverancier geeft aan te voldoen, de test op internet.nl geeft aan van niet. Vaak is wel of niet voldoen lastig zwart/wit vast te stellen. Uiteindelijk zou het moeten gaan om het gesprek, en daarbij is nuance van groot belang.

Aanbevelingen

De belangrijkste aanbevelingen uit dit gesprek zijn:

  • Tips over het stimuleren van adoptie van standaarden door het Forum:
    • Een standaard is een middel en geen doel. Voor het begrip en draagvlak moet je communiceren over het doel dat je ermee probeert te bereiken. Dat sneeuwt soms onder in de procedure. Ook in de rapportage naar de kamer. Het zou mooi zijn als je meer op het doel en effect kan rapporteren.
    • Het is nu een grote lijst, en de standaarden zijn zeer verschillend van aard. De ene standaard is harder of veel specifieker. Zo is weinig twijfel over de IB standaarden, maar zijn een hoop andere standaarden minder relevant (voor de RDW).
  • Tips voor de monitor:
    • De scope van de monitor is lastig. De RDW levert allerlei diensten en de focus ligt nu vooral op de website. Dat is slechts een klein onderdeel van de gehele IT-infrastructuur van de RDW. Wat de RDW betreft zou het een betere vraag zijn of de RDW voldoet aan de relevante standaarden.
    • De planning van de monitor is meestal ongelukkig. Vaak moet veel werk in de zomermaanden verricht worden. Het zou een idee kunnen zijn om dit meer een continu proces te maken in plaats van een steekproef één keer per jaar.
    • Een goede toevoeging aan de monitor zou de organisatie van de borging van standaarden in een organisatie kunnen zijn. Bij veel organisaties is dit niet goed op orde terwijl dit juist bepalend is voor het vermogen om snel en goed standaarden te adopteren.
  • We maken een concrete afspraak dat we bij de volgende toetsing de scope van de toetsing in gezamenlijkheid afstemmen.

Diginetwerk in beheer bij Logius

Datum: 30 september 2020

Interview met: Glenn Lutke SChipholt

Aanleiding was het feit dat de reikwijdte van de voorziening Diginetwerk veelomvattend is. Naar aanleiding van het gesprek is besloten te kijken naar de voorziening Diginetwerk.

Diginetwerk bestaat al 10 jaar. Het doel van Diginetwerk is dat overheden via één aansluiting informatie met elkaar kunnen uitwisselen uitwisselen zonder gebruik van internet. In feite is Diginetwerk te beschouwen als een veiligheidsmaatregel. Aanvankelijk was de focus op efficiency (één aansluting i.p.v. vele) en was er weinig ruimte voor communicatie over Diginetwerk. De voorziening an sich is puur het Koppelnetwerk Publieke Sector (KPS) met aansluitvoorwaarden en afspraken over het gebruik van logistieke standaarden zoals IPv4 en IPv6. Als gebruiker sluit je niet aan op KPS maar op Diginetwerk via één van de koppelnetwerkaanbieders waar Logius een samenwerkingsovereenkomst mee heeft. Voor de Koppelnetwerkaanbieders en afnemers is Diginetwerk vooral een afsprakenstelsel. De noodzakelijke KPS voorziening wordt bewust zo klein mogelijk gehouden en fungeert als enabler voor het stelsel. Het doel is het aanbieden van één overheidsaansluiting op basis van aansluitvoorwaarden, waar iedereen elkaar ‘kent’ in een veilig domein. De centrale voorziening KPS heeft Logius uitbesteed aan Equinix. NCSC heeft een initiatief, Nationaal Detectie Netwerk (NDN), om informatie te verzamelen over bedreigingen en waar nodig te signaleren. Dat is bovenop KPS gezet als extra controle.

Je kunt Diginetwerk qua opzet vergelijken met internet. Logius weet aan welke organisatie op Diginetwerk welk IP adres is toebedeeld, dat is afgesproken en ook noodzakelijk voor de transportfunctie. De aansluitvoorwaarden stellen geen extra eisen gesteld aan verkeerinhoud, omdat het laagdrempelig moet zijn en aangesloten organisaties zich aan de BIO moeten houden en daarover verantwoorden. Diginetwerk kan dienen voor transport van vitale processen. Maar gebruikers moeten voor zichzelf aanvullend inschatten welke extra maatregelen zij moeten nemen om de informatie weerbaar maken.

Ontwikkelingen die van invloed zijn op Diginetwerk is o.a. een beweging van overheden naar clouddiensten.

Vanuit RvIG wordt gebruik van Diginetwerk gepromoot en zij en ook VNG zien de voordelen om via Diginetwerk al hun klanten te bereiken. Echter hun doelgroep (o.m. gemeenten) bepalen zelf het tempo waarin zij Diginetwerk willen gebruiken. Voor RvIG en ook VNG is het zoeken hoe dit gebruik bij hun doelgroep is te stimuleren. Er is geen vigerend beleid waar hun doelgroep aan gehouden kan worden. Diginetwerk is geen maatregel in de BIO of voorkeursbeleid in de NORA ook is het niet gestandaardiseerd en benoemt op de PTOLU lijst. RvIG wil een campagne met VNG en Logius voeren met klantcases en een charmeoffensiefdoor aan te geven waar de toegevoegde waarde zit.

Periodiek is er een Tactisch Beraad Diginetwerk met de Koppelnetwerkaanbieders van Diginetwerk. Er wordt altijd kritisch naar de besluitvormingsstructuur gekeken, omdat Diginetwerk neigt naar publiek private samenwerking. Op dit moment zijn 3 van de 9 Koppelnetwerkaanbieders commerciële partijen. De vraag is altijd hoe kun je private partijen de ruimte geven voor marktwerking binnen de kaders van de overheid.

Op IPv6 werkt Diginetwerk samen met VNG. VNG en gemeenten gaan dat als eerste activeren op Diginetwerk. Koppelnetwerkaanbieders zeggen klaar te zijn voor implementatie van IPv6, maar wachten tot gebruikers iets gaan aanbieden op IPv6. Tot die tijd doen de Koppelnetwerkaanbieders er niks mee. Diginetwerk IPv4nummers raken bovendien op dus gebruik van IPv6 zal er zeker komen.

Aanbevelingen

Het is goed om met het forum in gesprek te zijn over wat het zou betekenen als Diginetwerk op de PTOLU lijst zou komen te staan. Niet KPS als voorziening, maar Diginetwerk als standaard. De conclusie is dat het wenselijk is als het forum aangeeft dat er een agendapunt op de volgende vergadering aan geweid wordt om dit als aanbevolen standaard te krijgen. Zodat je meer een drukmiddel hebt voor adoptie. Partijen stellen het nu uit, en vragen dan waarom het moet. Dan helpt dit.

PDOK in beheer bij Kadaster

Datum: 13 oktober 2020

Interview met: Jeroen Hogeboom en Marcel Brands

Aanleiding van dit gesprek was het feit dat PDOK dit jaar voor het eerst is onderzocht in de monitor open standaarden en bovendien reeds aan veel van de verplichte standaarden voldoet.

PDOK draait samen met andere diensten binnen het Kadaster op een grootschalige infrastructuur Leveranciers leveren de technische infrastructuur. Kadaster is voor een gedeelte afhankelijk van leveranciers om standaarden op hardware gebied in orde te krijgen. Kadaster heeft een eigen netwerk- en security afdeling waar standaarden worden geborgd en bij de assurance- en risk afdeling zijn een deel van de standaarden geborgd. Er worden door assurance en risk, met het netwerk- en cybersecurity team steekproeven gedaan om na te gaan of wordt voldaan aan de laatste normen. Denk aan pentesten en beveiligingsgesprekken en PIA’s. Dat is een continu proces voor alle diensten binnen het kadaster. Assurance en risk houdt bij of er nieuwe standaarden komen en wat dat betekent voor het kadaster. Assurance en risk heeft reguliere sessies over thema’s als standaarden. Ze gaan dan bijvoorbeeld na wie er iets te maken heeft met een standaard die relevant is. Architectuur gaat bijvoorbeeld na of aan open standaarden wordt voldaan (bijvoorbeeld Open API specificatie) en als dat niet het geval is wordt het meegenomen als actie voor de toekomst op bijvoorbeeld de kwartaalplanning. Besproken wordt welke changes en wijzigingen moeten plaatshebben om te voldoen en daar wordt dan ruimte voor ingepland. Architectuur borgt wat PDOK maakt in de organisatie. De monitor open standaarden helpt bij het geven van opdrachten om implementatie van standaarden intern te verbeteren.

Aanbevelingen

De belangrijkste aanbevelingen uit dit gesprek zijn:

  • We hebben afgesproken voortaan ook een collega van risk en assurance mee te nemen in de uitvraag van de monitor voor PDOK.
  • Verder wordt aangegeven dat het goed zou zijn om in de monitor aan te geven welke standaarden er in de toekomst aankomen en te vragen aan de voorziening beheerder met welke ontwikkelingen ze bezig zijn.
  • Het forum kan dieper inzichtelijk maken wanneer aan standaarden moet worden voldaan en wie een rol speelt bij implementatie of implementatieondersteuning.
  • Er mag meer controle zijn op het gebruik van open standaarden.

DigiInkoop in beheer bij Logius

Datum: 5 november 2020

Interview met: Victor den Toom

DigiInkoop doet al jaren aan de Monitor mee en voldoet aan steeds meer, voor hen, relevante standaarden van de pas toe of leg uit lijst. Van daaruit is het interessant om een verdiepend gesprek te voeren over de adoptie, borging en verbetermogelijkheden.

De adoptie en borging van open standaarden bij overheidsvoorzieningen hangt in grote mate af van de aandacht die er binnen een organisatie aan wordt besteed. Dat is vaak afhankelijk van individuele personen. Er is bij Logius niet natuurlijkerwijs iemand verantwoordelijk voor de doorvoering van relevante open standaarden. Dat betekent dat er een afhankelijkheid is van de inspanning van individuele medewerkers die er het belang van inzien en bovendien begrijpen wat er nodig is om standaarden door te voeren. Zo pakt Victor dat op voor DigiInkoop. Zijn inspanning komt voort uit interesse voor de techniek en het bewustzijn van het belang van standaarden voor veiligheid en betrouwbaarheid.

  • De jaarlijks terugkerende Monitor helpt organisaties om blijvend aandacht voor open standaarden te hebben. Victor ziet het als een ‘trigger’; niet alleen bij de beheerders, maar ook op directie- en managementniveau. Er is veelal beleidsmatig vastgelegd dat overheidsorganisaties standaarden willen doorvoeren, en als uit de Monitor blijkt dat een voorziening in implementatie (nog) tekortschiet dan is dit vaak aanleiding om de prioriteit voor open standaarden te verhogen.
  • Er is bij Logius niet één plek waar nieuwe standaarden binnenkomen en worden doorgevoerd. Intuïtief zou Victor denken dat dit een verantwoordelijkheid moet zijn van het informatiebeveiligingsteam. Tegelijkertijd is het te makkelijk om te veronderstellen dat standaarden altijd security gerelateerd zijn. Tegenwoordig zijn er steeds meer andersoortige standaarden, als bijvoorbeeld digitoegankelijkheid. Bij digitoegankelijkheid geldt binnen Logius bijvoorbeeld dat de afdeling Communicatie de organisatie heeft gewezen op het belang van de standaard.
  • Het is bij voorzieningen niet altijd duidelijk welke open standaarden op de pas toe of leg uit lijst staan. Het komt voor dat beheerders pas op de hoogte van het bestaan van een nieuwe standaard worden gebracht door de Monitor. Dit geldt bijvoorbeeld voor RPKI, geeft Victor aan. Victor waardeert het erg dat bij de uitvraag van de Monitor wordt aangegeven welke nieuwe standaarden er op de lijst zijn, en dat er een inschatting wordt gemaakt in hoeverre deze voor DigiInkoop relevant zijn. Hij beseft dat hier ook een risico in schuilt, omdat beheerders op deze manier misschien veel te laat in het jaar met zo’n nieuwe standaard aan de slag gaan. Idealiter zou je verwachten dat een CISO een RSS-feed zou toepassen op de pas toe of leg uit lijst om alle wijzigingen actief te volgen.
  • Net als sommige andere overheidsvoorzieningen voldoet DigiInkoop nog niet aan de IPv6-standaard. Allereerst merkt Victor op dat de overheid nog steeds bezig is met het overheidsbrede IPv6-nummerplan. Ondanks dat er vorderingen worden gemaakt, is nog lang niet alles uitgekristalliseerd. Daarnaast is DigiInkoop recent veranderd van cloud hosting partij. Bij de vorige leverancier was IPv6 geen optie. Victor geeft aan dat er binnenkort een wijzigingsverzoek zal worden ingediend bij de nieuwe hostpartij om dit alsnog te regelen.

Aanbevelingen

De belangrijkste aanbevelingen uit dit gesprek zijn:

  • Voor de Monitor: de aanpak van de Monitor is goed: er is een duidelijke aankondiging en beheerders krijgen voldoende tijd om informatie aan te leveren. Het is het overwegen waard om de Monitor te integreren in een online tool in plaats van het gebruik van Word. Daarnaast zou Victor het op prijs stellen dat de Monitor aan het begin van het jaar een update zou sturen met een doorkijkje naar het onderzoek en de wijzigingen in (nieuwe) standaarden. Zo’n heads up zou erg handig zijn.
  • Voor BFS: Victor adviseert om naar een effectieve manier te zoeken om updates en wijzigingen in de pas toe of leg uit lijst te communiceren naar beheerders. Ondanks dat zulke updates al via nieuwsbrieven worden gedeeld, komen ze niet altijd door bij individuele beheerders. Misschien kan het verzoek worden toegevoegd om zulke updates mee te nemen in interne nieuwsberichten die (hopelijk) beter worden opgepikt.

Documentatie-type